MILIEU PROBLEMEN EN WEINIG TOEKOMSTGERICHT BELEID
en het antwoord van de evenwichtseconomie
Vijf voor twaalf
Licentie:
zie voorbehoud
GEEN BELEID GERICHT OP EEN GOEDE TOEKOMST
In ons huidige economisch systeem zijn regeringen vooral bezig met problemen die direct op ons af komen.
Omdat landen hun eigen belangen moeten verdedigen en vaak alleen een korte periode vooruit kunnen kijken
is gemeenschappelijk langere termijnbeleid nauwelijks mogelijk.
De voorafgaande thema's laten zien dat dit beleid wel nodig is.
We hebben de problemen lang voor ons uit geschoven en nu moet er acuut iets gebeuren.
Met de spelregels van de evenwichtseconomie is mondiaal beleid gericht op de toekomst wel mogelijk.
De evenwichtseconomie kent wereldwijde samenwerking volgens eerlijke spelregels ook voor het milieu.
Hierdoor kunnen burgers elkaar wereldwijd aanvullen en versterken, ook in onze zorg voor de toekomst...
Bij het voorafgaande thema,
Als individu machteloos tegenover milieuproblemen, paragraaf 2,
is toegelicht dat de evenwichtseconomie wel prioriteit kan geven aan problemen die niet doeltreffend kunnen worden opgepakt door de vrijemarkteconomie en door regeringen.
Dat kan de evenwichtseconomie namelijk omdat ze niet gericht is op snelle winsten en wereldwijd als één geheel kan opereren, (in principe) niet beperkt door landsgrenzen.
In dit thema wordt bekeken waarom de evenwichtseconomie wel langetermijnbeleid kan maken en uitvoeren.
Een belangrijke voorwaarde is dat consumenten de mogelijkheden hebben en begeleid worden bij het maken van keuzes gericht op de lange termijn.
Daarnaast moet de uitvoering van langetermijnbeleid goed georganiseerd zijn. Hierover gaat de laatste paragraaf.
Inhoud
1. Burgers laten het 'vrijemarktdenken' los ▽2. Langetermijnbeleid vormt een structureel onderdeel ▽
1. Burgers laten het 'vrijemarktdenken' los
Bij het thema Consumentenbestedingen remmen de economie komt naar voren dat consumenten onder invloed van de vrijemarkteconomie vooral kijken naar hun eigen voordeel en naar de korte termijn. Hierdoor is er nauwelijks beleid te maken dat gericht is op samenwerking en op de toekomst. De evenwichtseconomie stimuleert consumenten als volgt om dit vrijemarktdenken los te laten.
En omdat de economie stabiel is, kan men ook kijken naar de toekomst. (Degelijke economische basis)
De vraag die men zich dan kan permitteren om te stellen, is:
hoe kan de samenleving zo ingericht worden dat mijn kinderen ook een goed leven hebben? Hierdoor onstaat de focus op de toekomst en zal beleid gericht op een goede, duurzame toekomst ontwikkeld worden.
In de onderstaande verhelderende reportage Broederschap wordt met wetenschappelijke inzichten onderbouwd dat een samenleving met sociale cohesie en zorg voor elkaar -broederschap- weldegelijk kan functioneren. De condities die zorgen voor broederschap maken ook onderdeel uit van de evenwichtseconomie.
De gemeenschappelijk geaccepteerde regels van de evenwichtseconomie zijn vastgelegd in richtlijnen (Duidelijke richtlijnen). Als iemand deelneemt aan de evenwichtseconomie accepteert hij automatisch de regels die bij die economie horen. Deze richtlijnen zijn globaal en iedere lokale gemeenschap kan daar eigen afspraken aan toevoegen.
Iedere deelnemer heeft in principe de vrijheid om maar voor een deel aan de richtlijnen te voldoen. Dat houdt echter ook in dat de deelnemer maar voor een deel kan genieten van alle voordelen die bij de evenwichtseconomie horen. De Handhavende organisatie houdt van iedere deelnemer bij in hoeverre hij deelneemt aan de evenwichtseconomie.
Zodra een deelnemer meer keuzes maakt die primair gericht zijn op eigen belang belandt hij weer in de vrijemarkteconomie. De deelnemer maakt dan geen gebruik meer van de voordelen en de sociale voorzieningen die onderdeel uitmaken van de evenwichtseconomie. De richtlijnen van de evenwichtseconomie en de handhaving daarvan zorgen er dus voor dat binnen de evenwichtseconomie de gemaakte afspraken van kracht blijven.
2. Langetermijnbeleid vormt een structureel onderdeel
De
Verbindende organisatie maakt
het langetermijnbeleid in samenspraak met de gemeenschap en voert het uit.
Deze organisatie is, zoals we nu zullen zien, zo ingericht dat democratisch beleid met name op de lange termijn de boventoon voert.
De Verbindende organisatie kent geen verkiezingen waarbij door verkiesbare kandidaten aan kiezers kortetermijnbeloften moeten worden gemaakt om gekozen te worden.
Daarnaast ontbreken ook de bij verkiezingen horende snel van politieke statuur wisselende bestuurders, waardoor langetermijnbeleid wordt bemoeilijkt.
De Verbindende organisatie bestaat uit mensen die samenwerking organiseren en die samenwerking en de gemeenschap voorop stellen.
Zij worden geacht het algemeen belang te dienen.
En wel zodanig dat de bevolking als geheel wordt meegenomen bij het voeren van beleid.
Dat is anders dan in de politiek, waarbij kiezers kiezen vanuit eigen perspectief en eigen belang.
De gekozen partij gaat dan politiek uitvoeren die
indruist tegen belangen van andere groepen .
En kiezers zijn teleurgesteld als hun partij niet levert waarvoor men gestemd heeft.
Deelnemers aan de evenwichtseconomie hebben gekozen voor samenwerking, dus voor het collectieve belang.
Dat kan alleen als zij zelf zoeken naar gemeenschappelijke grond.
Zij komen onder begeleiding van de Verbindende organisatie tot
iets waar de gemeenschap als geheel zich in kan vinden.
Hierdoor wordt het op korte termijn en op eigen belang gerichte democratische kiessysteem geïnspireerd op de gedachte van de vrije markt
vervangen door een democratisch kiessyteem dat gericht op samenwerking en daardoor ook op de lange termijn.
Want bij goede samenwerking is er altijd sprake van een lange termijn relatie.
De Verbindende organisatie organiseert overleg en samenwerking binnen haar gemeenschap.
Het is aan de bestuurders van de Verbindende organisatie om consensus over beleid binnen de gemeenschap te bereiken.
De
sociale structuur binnen de evenwichtseconomie
en de
overlegstructuur
gestimuleerd door de Verbindende organisatie bevorderen dat er beslissingen genomen worden die in het voordeel zijn van het geheel.
En daar horen automatisch de beslissingen bij die ook op de lange termijn de maatschappij stabiel houden.
Een laatste reden waarom lange termijn beleid de boventoon voert is het verschil tussen bedrijven in de vrije markt
en
organisaties
in de evenwichtseconomie.
Bedrijven zijn veelal gericht op winst op de korte termijn: iedere transactie moet geld in het laatje brengen.
Organisaties hoeven helemaal
geen winst
te maken.
Zij zijn gericht op het in stand houden van een samenleving waarin men zich goed kan voelen, een samenleving waarin de mens en niet het geld centraal staat.
Om dit voor elkaar te krijgen zal onder andere veel lange termijn beleid gericht op het stimuleren van een
bloeiende economie
en een goed milieu centraal staan.